Pickleball verovert harten

Pickleball is een mix van tennis, padel, pingpong en badminton. Het is de snelst groeiende sport in de Verenigde Staten en is ook bij ons aan een steile opmars bezig.
Tot voor kort was deze racketsport hoofdzakelijk geliefd onder senioren, maar pickleball vindt steeds meer zijn weg tot het brede publiek. De sport dankt zijn populariteit onder meer aan zijn toegankelijkheid: na een uurtje oefenen op het veld, heb je het spel al onder de knie, zeker wie ooit al een racket heeft vastgehouden.

Wat en hoe

Het basisdoel is, net als bij andere racketsporten, om de bal over het net te slaan en te voorkomen dat de tegenstander de bal terugslaat. Dat doe je met een zogenaamde 'paddle' (gladde racket) en een 'wifflebal' (kleine harde plastic bal met gaatjes).

Op het oog is pickleball vergelijkbaar met padel, maar dan zonder glazen wanden en afwijkende regels. De racketsport kan zowel binnen als buiten worden gespeeld, op banen van circa 13 bij 6 meter groot. Badmintonveldjes, als het ware, maar dan met een laag net van 92 centimeter. Nog een verschil is de zone naast het net, de 'kitchen', waarin het verboden is een volley te doen.

Een match duurt zolang tot één van de partijen elf punten heeft behaald, met twee punten verschil. Scoren kan alleen op de eigen (onderhandse) service. Veel techniek heb je niet nodig om te beginnen. Er zit snelheid en strategie in zonder dat het veel van je lichaam vergt.

Dit filmpje legt de regels duidelijk uit met visuele instructies.

De veroveringstocht

Nieuw is pickleball allerminst. Het begon in 1965 als een spelletje in de achtertuin van Joel Pritchard, een congreslid in de staat Washington. Die zag dat zijn kinderen zich tijdens een vakantie verveelden. Hij improviseerde een spelletje op het badmintonveld bij een schuur. Rackets had hij niet, dus gaf hij zijn kinderen een paar batjes die rondslingerden. Ook had hij nog enkele plastic ballen met gaten liggen, die weleens gebruikt worden in het honkbal. Later verlaagde hij het net, en samen met twee vrienden, Bill Bell en Barney McCallum, patenteerde hij de uitvinding als pickleball.

Met pickles, augurken, heeft de sport niets te maken. De vrouw van Pritchard bedacht de term naar aanleiding van haar ervaring in het roeien, waar de slechtste boot, gevuld met deelnemers die niet geselecteerd werden, als pickle boat vaak als laatste finisht. Ook de nieuwe racketsport was immers een bijeengeraapt allegaartje.

Aanvankelijk bleef de sport lokaal, alleen gespeeld in de buurt van de stad Seattle. Pas het laatste decennium verspreidde pickleball zich als een olievlek over Amerika en daarbuiten.

Minder blessures

Blessures komen bij pickleball over het algemeen minder voor dan bij andere racketsporten. De paddle is minder zwaar dan een tennisracket en dus minder belastend voor de elleboog. Bij badminton en squash zie je vaak nekklachten, maar die zie je minder bij pickleball. Maar pickleball is hoe dan ook een sport en elke sport geeft kans op blessures. Bij pickleball moet je snel stoppen en starten, veel door de knieën gaan en draaien. Goed opwarmen en stretchen is dus de boodschap.

Probeer het eens uit!

Sportievak biedt ook een pickleballinitiatie aan: lees meer